Op het moment dat er sprake is van een pensioentekort volgens de jaarruimte berekening, kan er gekozen worden om dit tekort te repareren. Een veelgebruikte mogelijkheid is het storten van geld op een bankspaarrekening. Het geld dat gestort wordt door uw werknemer mag afgetrokken worden van de belastingen in Box 1 en het saldo op een bankspaarrekening hoeft niet meegenomen te worden voor de belastingaangifte in Box 3 (vermogensrendementsheffing).

Het is echter alleen mogelijk dat de werknemer zelf geld stort op de bankspaarrekening. U als werkgever kunt dus niets bijdragen. Op het moment dat het geld gestort is, kan uw werknemer er niet meer over beschikken tot aan het moment van pensionering. U kunt als werkgever uw werknemer dus adviseren om op een fiscaal gunstige manier vermogen op te bouwen voor een aanvullend pensioen.

Als het pensioeninkomen van uw werknemer lager is dan 70% van het huidige bruto jaarinkomen, dan kan uw werknemer een pensioentekort hebben. Het pensioeninkomen vindt uw werknemer op het jaarlijkse overzicht van de pensioenuitvoerder. Voor uw werknemer is het mogelijk om bij verschillende banken informatie in te winnen. De banken maken een berekening van de jaarruimte. Zo ziet uw werknemer namelijk welk bedrag nog gespaard mag worden op de bankspaarrekening.