Eerste Kamer neemt Wet uitfasering PEB + novelle aan

Eurobiljetten

De Eerste Kamer heeft de ‘Wet uitfasering pensioen in eigen beheer en overige fiscale pensioenmaatregelen’ met algemene stemmen aangenomen. Ook werd de novelle, waarin alsnog een (voorwaardelijke) mogelijkheid tot aftrek van de lasten van de toekomstige indexatie van de pensioenaanspraken of van de pensioenuitkeringen wordt voorgesteld, aangenomen.


Het wetsvoorstel strekt tot de uitfasering van het pensioen in eigen beheer (PEB) voor de directeurgrootaandeelhouder. De mogelijkheid van opbouw van een pensioen in eigen beheer wordt afgeschaft, gecombineerd met een tijdelijke maatregel die voorziet in de mogelijkheid van een fiscaal gefaciliteerde afkoop van het reeds opgebouwde pensioen in eigen beheer. Voor DGA’s die hier geen gebruik van kunnen of willen maken, voorziet het wetsvoorstel in andere oplossingen.


Daarnaast bevat het wetsvoorstel enkele andere fiscale maatregelen die ook betrekking hebben op oudedagsvoorzieningen. Een aantal van deze maatregelen draagt bij aan het vereenvoudigen van de toepassing van de belastingwetgeving en beoogt de administratieve lasten te verminderen of te voorkomen. Het wetsvoorstel maakt deel uit van het pakket Belastingplan 2017.

Staatssecretaris Wiebes heeft het wetsvoorstel ingediend om het PEB vanaf 1 april 2017 binnen drie jaar uit te faseren. Opbouw van PEB is vanaf 2017 niet meer mogelijk, ook niet voor lopende pensioenregelingen. De pensioenverplichting wordt vanaf 1 april 2017 afgestempeld naar de fiscale balanswaarde op 31 december 2015, waarmee het eigen vermogen van de vennootschap zal toenemen. Dit kan de mogelijkheid bieden om dividend uit te keren waar dat door de commerciële waardering niet meer mogelijk was. De staatssecretaris biedt vervolgens drie mogelijkheden voor het PEB:

1. Afkoop

2. Omzetting in een oudedagsverplichting

3. Afstorten

4. Pensioen premie vrij maken

1. Afkoop

Dga’s kunnen hun pensioenregeling vanaf 2017 fiscaal geruisloos afkopen. De pensioenverplichting wordt hierbij gewaardeerd tegen de fiscale balanswaarde ultimo 2015. Voor zowel 2017, 2018 als 2019 geldt deze fiscale balanswaarde van 31 december 2015 om ongewenste anticipatie-effecten tegen te gaan. Over het verschil tussen de commerciële en fiscale balanswaarde hoeft men geen loonbelasting te betalen. Dit levert, in verhouding tot de bestaande regels, een forse tegemoetkoming in de loonbelasting op. Daarnaast is er geen revisierente (20%) verschuldigd. Over de fiscale balanswaarde op 31 december 2015 is uiteindelijk de loonbelasting verschuldigd. Hierop mag allereerst nog een kortingspercentage  worden losgelaten. Om snelle afkoop te stimuleren, gelden er staffels, waarbij in 2017 een kortingspercentage geldt van 34,5%, in 2018 van 25% en in 2019 van 19,5%. Hoe eerder wordt afgekocht, des te gunstiger de regeling dus uitpakt. Volgens het wetsvoorstel ziet de effectieve belastingdruk er als volgt uit:

Jaar van afkoop   Korting op grondslag     Nominaal tarief 52%    Nominaal tarief 42%

2017                         34,5%                               34,06%                          27,51%

2018                         25,0%                               39,0%                            31,5%

2019                         19,5%                               41,86%                          33,81

2. Oudedagsverplichting

Dga’s kunnen er ook voor kiezen om de  stop gezette pensioenvoorziening om te zetten naar een oudedagsverplichting. In geval van onderdekking in de BV of onvoldoende liquide middelen, is dit een gunstige optie. Verdere opbouw van pensioen is na 2016 niet meer mogelijk en de voorziening zal jaarlijks alleen opgerent worden. Deze spaarvariant dient in principe vanaf de pensioendatum in 20 gelijke termijnen te worden uitgekeerd. Er mag voor gekozen worden om de uitkeringen al vijf jaar voor de pensioendatum in te laten gaan, maar dan zal de verplichting in 25 jaarlijks gelijke delen uitgekeerd moeten worden.

3. Afstorten

Het is mogelijk om, indien er niet gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheid van afkoop, de oudedagsverplichting af te storten in een lijfrenteproduct.

4. Pensioen premievrij maken

Zolang de DGA zijn PEB niet afkoopt of omzet in een oudedagsvoorziening bij de B.V. blijft het PEB in stand. Het PEB groeit niet verder maar de DGA en de B.V. blijven wel zitten met de huidige knelpunten. Ook moet de B.V. de reserve jaarlijks actuarieel oprenten. In veel gevallen moet de B.V. ook rekening houden met indexatie van de opgebouwde premievrije aanspraken.

« Terug naar het overzicht

Actiepunten eind 2023
Lees verder

Startpunt 2024

11 jan. 2024
In deze brochure de belangrijkste wijzigingen per 1 januari 2024 in wet- en regelgeving overzichtelijk op een rij.
Lees verder

Wat klanten vinden van FinAmi:

Ruud Roovers van Sealogic BV

Ruud Roovers van Sealogic BV

Een no nonsens dienstverlener die dankzij een platte organisatiestructuur een snelle en efficiënte service kan bieden.